Op het gebruik van Chroom(VI) zijn twee verschillende facetten van wetgeving van toepassing. Het REACH verbod en de Carcinogene Stoffen Richtlijn (2004/37/EC). Vanuit beide invalshoeken kan een verbod op gebruik van Chroom(VI) worden opgelegd.
1. REACH verbod
Op basis van de CMR (Carcinogene, Mutagene en Reprotoxische stoffen) eigenschappen heeft de EU besloten om Chroom(VI) op de lijst van SVHC stoffen (Substances of Very High Concern) te plaatsen. Na de aangekondigde “sunset date op 21/09/2017” zou het niet langer toegestaan zijn om zonder autorisatie deze stoffen te blijven gebruiken. Recent is bekend geworden dat de Europese Commissie (EC) langer tijd nodig heeft om een beslissing te maken omtrent de autorisatie van chroom(VI), zodoende wordt de veelbesproken sunset date naar achteren verschoven totdat de EC een besluit heeft genomen. Wel betekent dit dat de eindgebruiker (lees applicateur) het advies voor het gebruik, condities en meet en monitoring verplichtingen zoals deze in de Autorisatie zijn vastgelegd dient op te volgen omdat dit de onderwerpen zijn de na een definitief besluit vanuit de EC gecontroleerd zullen worden door het Nationaal Bevoegd Gezag.
Afbeelding: GHS labels Chroom(VI)
2. Carcinogene Stoffen Richtlijn (2004/37/EC)
Deze vereist dat een gevaarlijke stof vervangen moet worden als dit technisch mogelijk is in het specifieke proces. Chroom(VI) is namelijk een stof met een zogenoemde non threshold waarde, dat betekend dat het vanaf iedere blootstelling kankerverwekkend kan zijn. De Nederlandse overheid heeft besloten dat vanaf 1 Maart 2017 de wettelijke grenswaarde (OEL) voor Chroom(VI) verlaagd wordt naar 1 μg/m3. Uit nieuwe Europe inzichten blijkt dat de oude wettelijke grenswaarden voor Chroom(VI)-verbindingen meer risico op kanker geven dan eerder gedacht.
Toekomst Chroom(VI) voor metaal oppervlaktebehandeling
Dit betekent dat bedrijven aan de lokale inspectie moeten bewijzen waarom vervanging van Chroom(VI) voor een bepaald doel niet kan plaatsvinden. Voor specifieke toepassingen zoals in lucht- en ruimtevaart, defensie en nucleaire toepassingen zal dit zeer waarschijnlijk geaccepteerd worden, daar voor deze toepassingen wereldwijde en Europese regelingen zijn m.b.t. de veiligheid. Echter voor toepassingen zoals bijvoorbeeld het chemisch voorbehandelen van aluminium en verzinkt staal waar reeds sinds meerdere jaren gevalideerde alternatieven met kwaliteitslabels zoals GSB, Qualicoat en Qualisteelcoat beschikbaar zijn zal men van hele sterke huize moeten komen om aantoonbaar te kunnen maken dat vervanging niet mogelijk is. Zodra een geschikt alternatief beschikbaar komt is conform de wetgeving op het werken met carcinogene stoffen vervanging verplicht. Een eis tot aanpassing van de processen zal dan gesteld worden door de lokale inspecties.